Romaans: 950 – 1250: Difference between revisions
Line 79: | Line 79: | ||
== Voorbeelden van Romaanse architectuur in Nederland == | == Voorbeelden van Romaanse architectuur in Nederland == | ||
*[https://nl.wikipedia.org/wiki/Abdijkerk_Rolduc <u>Rolduc, Kerkrade</u>] | *[https://nl.wikipedia.org/wiki/Abdijkerk_Rolduc <u>Rolduc, Kerkrade</u>] | ||
*[https://nl.wikipedia.org/wiki/Basiliek_van_de_H.H._Wiro,_Plechelmus_en_Otgerus <u> | *[https://nl.wikipedia.org/wiki/Basiliek_van_de_H.H._Wiro,_Plechelmus_en_Otgerus <u>Basiliek van de H.H. Wiro, Plechelmus en Otgerus, Roermond</u>] | ||
*[https://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Servaasbasiliek_(Maastricht) <u>Sint-Servaasbasiliek, Maastricht</u>] | *[https://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Servaasbasiliek_(Maastricht) <u>Sint-Servaasbasiliek, Maastricht</u>] | ||
*[https://nl.wikipedia.org/wiki/Onze-Lieve-Vrouwebasiliek_(Maastricht) <u>Onze-Lieve-Vrouwebasiliek, Maastricht</u>] | *[https://nl.wikipedia.org/wiki/Onze-Lieve-Vrouwebasiliek_(Maastricht) <u>Onze-Lieve-Vrouwebasiliek, Maastricht</u>] |
Revision as of 13:23, 8 September 2024
Ontstaan
Kenmerkend voor de periode rond het jaar 1000 is dat er onder de geestelijkheid een sterke verwachting heerste dat de wederkomst van Christus op aarde nabij was: nu leek immers de tijd aangebroken voor het Duizendjarig rijk. Ondanks de heersende angst trad na het millenniumjaar een nieuw optimisme in; de wereld zou nog niet vergaan en vele nieuwe kerken werden gebouwd. De Franse monnik en geschiedschrijver Rodulfus Glaber (985 – 1047) heeft met zijn werken een duidelijk beeld gegeven over de morele en culturele toestand van Europa in deze tijd. Hij omschreef dat de kerken na het millenniumjaar zeer licht van kleur waren, en noemde dit ‘een witte mantel van kerken’. De Romaanse kerkarchitectuur uit deze periode heeft een tal van interessante ‘hoofdrichtlijnen’. Zo heb je bijvoorbeeld historische symboliek door overname van essentiële historische elementen. Maar middels vorm kon ook machtsaanspraak visueel worden weergegeven, door bijvoorbeeld het gebruik van keizerlijke vormen kan worden aangegeven dat de verantwoordelijke voor kerk de keizer was en niet de plaatselijke vorsten. Een laatste ‘hoofdrichtlijn’ is allegorie. Dit gaat over de harmonie van een gebouw, en de relatie tussen de kunsten en God.
Romaanse architectuur kent een aantal verschillende fases (zie ook 'Fases van Romaanse architectuur'.).
Jaargetijd | Naamgeving | Kenmerk |
---|---|---|
±1000 – 1100 | Vroeg-Romaans | Basilieken met vlakke zoldering, begin van de gewelfbouw |
1100 – 1180 | Hoog-Romaans | Verdringing van de vlakke zoldering door gewelfbouw |
1180 – ±1250 | Laat-Romaans | De gewelven veranderen. De spitsboog en het schoorsysteem doen hun intrede |
1200 – 1300 | Romano-Gotiek |
Nederland: verspreiding en kenmerken
De bewaard gebleven Romaanse gebouwen in Nederland zijn haast allemaal kerken. Er zijn weinig Romaanse woonhuizen bewaard, dit komt doordat middeleeuwse woonhuizen hoofdzakelijk gemaakt werden van hout of leem en bedekt met riet of stro. Later, toen baksteen goedkoper werd dan natuursteen, werden de huizen ook steeds meer in baksteen gebouwd. Het werd voornamelijk toegepast voor de zijmuren als brandwering. De overheid bevorderde het gebruik van baksteen; in de middeleeuwen waren er namelijk veel standsbranden en de toepassing van baksteen verminderde dit sterk.
Romaanse kerkarchitectuur
Romaanse kerkarchitectuur in Nederland kan onderverdeeld worden in Utrechtse, Limburgse en Fries-Groningse stijl. Tot de belangrijkste Romaanse kerkgebouwen behoren verschillende abdijkerken en kapittelkerken. Ze werden vaak groot uitgevoerd en rijkelijk versierd, omdat ze een bepaalde macht moesten uitstralen. Zie ook kopje 'Voorbeelden van Romaanse architectuur in Nederland'.
Romaanse kerkarchitectuur in Nederland onderscheidt men in:
- Kloosterkerken: bij een kloosterkerk zit vaak een school waar geestelijken worden opgeleid.
- Kapittelkerken: dit waren kerken voor seculiere geestelijken (ook wel kanunniken genoemd), dit waren vaak de zonen van adel.
- Parochiekerken: dit zijn kerken die bedoeld zijn voor gewone burgers.
Regionale stijlen
Er zijn veel diverse regionale stijlen, maar overal valt op dat het in het algemeen zeer zwaar en massief is. De kenmerken van de Romaanse bouwstijl in Nederland zijn monumentale geslotenheid, balans en rust. Strakke geometrische volumes, opgetrokken als zware muren met kleine openingen. De middeleeuwse gebouwen hebben weinig versieringen. Het ingetogen karakter komt sterk tot uitdrukking in de rondbogen boven de portalen en vensters, maar ook in de onderverdeling van de lisenen.Tegen het einde van de Romaanse bouwstijl leidden de kruisgewelven tot het verschil in dragende en scheidende muren, doordat door deze constructie grotere openingen mogelijk waren.
Regio | Kenmerken |
---|---|
Utrecht | De kerken in Utrecht vormen de meest overeenkomende groep, en hiervan worden er maar liefst vijf naar de bisschop Bernold (1000 – 1054) genoemd. De plattegronden van alle Romaanse kerken in Utrecht hebben een kruisvorm. De Pieterskerk is het best bewaard gebleven. |
Limburg | Deze kerken maken deel uit van het Luikse bisdom. Tot de vroeg-Romaanse architectuur in Limburg behoren een aantal torens, uit tufsteen opgetrokken schepen en enkele kleine kerken. Tijdens de hoog-Romaanse architectuur hebben de kerken houten overwelvingen gekregen. Deze overwelvingen waren rond 1100 voornamelijk van steen, en met de overgang naar laat-Romaanse architectuur werden deze overwelvingen getypeerd door een grotere hoogte. |
Friesland/Groningen | De overgang van de laat-Romaanse architectuur naar Romano-Gotiek vooral aanwezig in de Fries-Groningse kerken. |
Romano-Gotiek
Van de 13e tot de 14e eeuw maakte Romano-Gotiek een opkomst. Deze naamgeving omvat de overlopende stijl van Romaans naar Gotiek. Romano-Gotiek is in feite een Romaanse bouwstijl waarbij Gotische vormen werden toegepast. Het is onduidelijk tot hoeverre deze stijl zich heeft verspreid, omdat vele kerken uit deze periode zijn verdwenen. Er zijn echter wel twee soorten categorieën te onderscheiden.
- De Nederrijnse Laat-Romaanse stijl: de Laat-Romaanse architectuur in deze regio wordt tot de Romano-Gotische stijl gerekend vanwege de verticaliteit en het gebruik van kruisgewelven en spitsbogen. Deze specifieke stijl werd aan het einde van de 19e eeuw zelfs als inspiratie en referentie gebruikt door de Duitse architect Carl Weber voor de neo-Romano-Gotiek.
- Noordelijk-Nederlandse Romano-Gotische stijl: in de noordelijke Nederlandse provincies, met name Groningen en Friesland, kunnen veel kerken tot Romano-Gotische stijl worden gerekend. Kerken uit deze regio zijn in grote mate gebouwd in baksteen (baksteen-Gotiek), hebben een muurindeling in horizontale banden met daarin blinde nissen als versiering. Topgevels zijn ook met nissen versierd. De ramen liggen verdiept in de muur en zijn voorzien van profielen in de vorm van kralen. Zelfs in het interieur bevatten de kerken in deze regio hun eigen karakteristieken: het gebruik van koepelgewelven valt op. Het veelvoudig gebruik van nissen en geveldecoratie werd uiteindelijk steeds meer teruggedrongen; de ramen werden groter en de voorheen ronde bogen werden vervangen door puntige bogen totdat uiteindelijk puur-Gotische vormen werden gebruikt.
In the northern provinces of the Netherlands, especially Groningen, many churches are built in this style. The Romano-Gothic style period is from 1250 until 1350. Typical for this style are the walls and gables of brick that are richly decorated with recesses and patterns of bricks.
An early example of this group is found in Leermens, where in c. 1250 a new choir was built to a Romanesque church. In this early stage of Romano-Gothicism only round-topped arches were used. In the interior the choir has a mellon-vault, a typical property of Romano-Gothic churches. A later variant of Romano-Gothicism features pointed arches, like at this church in Stedum. Note that many arches are purely decorative.
Materialen en bouwwijzen
Tijdens de 11de en 12de eeuw werd veel gebruik gemaakt van tufsteen, en voor belangrijke bouwdelen werd ook trachiet gebruikt. Het tufsteen was afkomstig uit de Rijn. Vanaf 1170 werd via Denemarken en Noord-Duitsland het toepassen van baksteen steeds bekender. De maat van de eerste bakstenen werd bepaald door de maat van de blokken tufsteen. Deze werden in de loop der jaren steeds kleiner. Tot ver in de 12de eeuw werd er nauwelijks glas gebruikt. Openingen werden gedicht met materialen zoals linnen. De meeste kerken hadden een houten plafond-/dakconstructie en later werden stenen gewelven toegepast. Maar door deze materiaalverandering verschoven ook de constructieve mogelijkheden. Doordat de stenen gewelven zo zwaar waren veroorzaakte dit een grote verticale last op de muren, om deze reden moesten de wanden ook zwaar en massief worden om de krachten af te dragen. Gewelven geven wegens de boogvorm ook horizontale krachten af. Deze konden moeilijk opgevangen worden, daarom werden gewelven vooral toegepast bij kleinere en lagere bouwdelen. De plafond-/dakconstructie werd pas na de 12de eeuw gewelfd gebouwd. Stapelbouw en gelijkmatige krachtenafdracht zijn dus ook een kenmerk in de Romaanse kerkarchitectuur. Kruisgewelven, ook wel graatgewelven, worden getypeerd door hun gekruiste vorm. De druk wordt door middel van deze vorm geconcentreerd op de vier hoekpunten. Hierdoor kan een grotere hoogte worden bereikt met grotere raampartijen. Door kruisgewelven kon er ook een onderscheid gemaakt worden tussen dragende en scheidende wanden. Dit werd tijdens de Gotiek een belangrijk kenmerk. In de eerste helft van de 13de eeuw ontstonden in het noorden van Nederland de eerste kerken gemaakt van baksteen. Hier en daar doken ook de Gotische elementen als spitsbogen hun intrede. Deze ‘tussenfase’ wordt ook wel Romano-Gotisch (1200 – 1350) genoemd. Tijdens deze stijl werden ook achtdelig-gewelfde plafond-/dakconstructies gemaakt. Een fenomeen dat zeer zelden voorkomt.
Voorbeelden van Romaanse architectuur in Nederland
- Rolduc, Kerkrade
- Basiliek van de H.H. Wiro, Plechelmus en Otgerus, Roermond
- Sint-Servaasbasiliek, Maastricht
- Onze-Lieve-Vrouwebasiliek, Maastricht
- Sint-Plechelmusbasiliek, Oldenzaal
Zie ook: Lijst van Romaanse bouwwerken in Nederland
Nederrijnse Laat-Romaanse architectuur
Noordelijk-Nederlandse Romano-Gotische architectuur
- Donatuskerk, Leermens
- Bartholomeuskerk, Stedum
- Petruskerk, Zuidbroek
- Kerk van Noordbroek, Noordbroek
- Jacobuskerk, Zeerijp
Fases van Romaanse architectuur
- Vroeg-Romaans
- Hoog-Romaans
- Laat-Romaans
- Romano-Gotiek
Trefwoorden
- Middeleeuwen
- Rondbogen
- Lisenen
- Allegorie
- Tufsteen
- Trachiet
- Baksteen
- Gewelven
- Kruisgewelven
- Achtdelig-gewelf